PRAKTIJKVOORBEELD

Van vezel naar vliering; van boer tot bouwer

Kunnen we nieuwe ketens en netwerken inrichten zodat we economische, sociale en ecologische waarden realiseren?

De wens is er om in korte tijd in Nederland enorm veel extra woningen bij te bouwen. De woningen zelf en het bouwproces vormen een uitdaging qua beschikbaarheid van materialen en de milieu voetafdruk. Dit kan mogelijk verminderen door het gebruik van lokaal verworven groene bouwmaterialen, bijvoorbeeld door de toepassing van geteelde vezels voor isolatie. Het toepassen van deze materialen gaat niet vanzelf en is bij vele bedrijven en project-ontwikkelaars en hun klanten nog onbekend.

Ook voor de landbouw kan het verbouwen van vezels bijdragen aan oplossingen voor huidige uitdagingen. Mest- en stikstofoverschotten, verlies van biodiversiteit, CO2 uitstoot, bodemdaling, en verslechtering van bodem- en waterkwaliteit gekoppeld met lage marges maken de huidige manier van landbouw onhoudbaar. Het verbouwen van andere gewassen, zoals vezelgewassen als rustgewas, zou een verbetering voor een aantal boeren kunnen betekenen, maar dan moet het wel rendabel zijn. De positieve ecologische effecten worden nu nog niet of slechts beperkt in de marktprijs van deze producten meegenomen. Dit onderzoeksproject zoemt in op deze koppelkans door de ketens her in te richten of nieuwe ketens op te zetten.

Missiethema

Landbouw, water en voedsel, Duurzaamheid & Energie

Betrokkenen

Hogeschool Windesheim, Hanzehogeschool Groningen, GreenInclusive, Erve Westerenk, Strobox, Noardlike Fryske Wâlden, Friso Bouw

Aspecten

  • Organiseren van samenwerking
  • Draagvlak
  • Meten en financieren
  • Instituties & governance

Uitdagingen in de keten

In de regio zijn stappen gezet om deze keten op gang te brengen. Zo is in Friesland het biobased isolatiepact getekend en experimenteren ze op diverse plekken met verschillende teelten van vlas, hennep en lisdodde, om deze in te zetten bij isolatie in nieuwe en bestaande woningen. Ook in de Achterhoek worden de eerste pogingen gedaan. In de regio Zwolle is Salland (ver)bouwt samen met Building Balance een eerste samenwerking aan het opzetten om te kijken hoe de teelt-verwerking-bouwen keten eruit kan zien.

De concrete problemen die zich nu in de keten voordoen zijn: allereerst is er een gebrek aan contact tussen bouwers en landbouwers, waardoor zij zich niet bewust zijn van de mogelijkheden. Ten tweede moet de vezel in de regel eerstbewerkt worden voordat ze ingezet kan worden. Dit maakt de keten complexer. Tenslotte hebben de boeren behoefte aan gegarandeerde afzetmogelijkheden en de bouwers aan een constante leverstroom. Dat vezels uitsluitend eenrustgewas zijn, kan problemen opleveren voor de continuïteit van levering. Een goede coördinatie in de keten is daarom noodzakelijk.

Aan de slag ermee

Concreet liggen er de volgende vragen:

Hoe zou een keten van boer tot bouwer eruitzien en welke economische, sociale en ecologische waarden worden daarbij gecreëerd?

Hoe kunnen we de keten zo vormgeven dat een innovatief regionaal ecosysteem ontstaat dat maatschappelijke meerwaarde creëert en ook rendeert voor de verschillende partners?     

In dit onderzoek wil het Lectoraat Netwerken in een Circulaire Economie van Hogeschool Windesheim, in samenwerking met verschillende partners die al de eerste stappen zetten of gezet hebben op dit gebied een inventarisatie maken van hoe de zo’n ecosysteem eruit zou kunnen komen te zien en welke waarde door een goede inrichting van het ecosysteem kan worden gegenereerd.

KEM's

KEMs -afgekort van Key Enabling Methodologies–  zijn ontwerpmethoden die innovaties en interventies helpen ontwikkelen die ons anders helpen kijken, denken, doen en die onze leefwereld helpen vormgeven. Deze (ontwerp)methoden bieden professionals een effectieve en gerichte aanpak bij het ontwikkelen van innovaties en interventies. Zo dragen KEMs bij aan het teweegbrengenvan de benodigde veranderingen.

Anders kijken naar een ecosysteem

Het 4E model van waarde

Het opzetten van zo’n ecosysteem is een complex probleem, omdat de onderlinge afhankelijkheid in zulke ecosystemen groter is dan in een gebruikelijke waardeketen. Een voorbeeld is de eerdergenoemde voortdurende beschikbaarheid van vezels, zeker als die als rustgewas dienen. Om een constante stroom te garanderen, moet er tussen verbouwers onderling afgestemd worden wie wanneer verbouwd. Ook moet waarschijnlijk de overheid betrokken zijn vanwege wet- en regelgeving. Bovendien worden er waardes gecreëerd die niet direct vertaald worden naar inkomsten of een kostenbesparing bij de partijen die de effecten in kwestie genereren. Het inventariseren en zichtbaar maken van deze waardes vormt een belangrijk onderdeel van duurzame business modellen.

Het opzetten van een ecosysteem vereist dus meer dan een simpel invullen van een paar businessmodel canvassen voor de verschillende betrokken partijen. Het vereist een uitgebreidere tool die een complex probleem in kaart kan brengen en oplossingsrichtingen kan genereren. Het 4E model voor Waardecreatie van García Alvarez and Rijsdijk (2017) is zo’n model. Het betreft een participatieve onderzoeksmethode die beoogt een vraagstuk aan te pakken door het op te splitsen in 4 stappen die in principe in één sessie doorlopen kunnen worden.

De vier stappen zijn:

  1. Explore: Het vraagstuk waar het ecosysteem mee zit wordt verkend vanuit meerdere perspectieven en invalshoeken
  2. Engage: Er wordt geïnventariseerd wie er betrokken zijn bij of belangstelling hebben voor het vraagstuk, en wie er nodig zijn om een bijdrage te leveren aan een oplossingsrichting voor het vraagstuk in kwestie.
  3. Elaborate: In deze fase wordt een actieplan opgesteld om maatschappelijke waarde te creëren, waarbij ook gespecificeerd wordt wie welke rol op zich neemt.
  4. Evaluate: In de afsluitende fase van het model wordt bekeken welke gedeelde en meervoudige waarden er gecreëerd worden.

In stap 1 wordt met een aantal deelnemers bekeken tegen welke problemen zij aanlopen bij de (verdere) inrichting van hun ecosysteem. Dit kan bijvoorbeeld het ontbreken van voldoende partners zijn, of financiering of een gebrek aan belangstelling bij bouwers in nieuwe materialen. In stap 2 worden de belanghebbenden in kaart gebracht en waarom zij geïnteresseerd zijn of zouden moeten zijn in het vraagstuk. Ontbrekende partners zouden bijvoorbeeld afnemers kunnen zijn, maar ook bijvoorbeeld materiaal makelaars of coördinerende partijen. In stap 3 wordt een plan opgesteld om het probleem waar het ecosysteem mee worstelt (gedeeltelijk) op te lossen en op die manier maatschappelijke waarde te creëren. In de laatste stap 4 wordt nagegaan welke waarden er op deze manier gezamenlijk gecreëerd worden.

Door het 4 E-model voor Waardecreatie bij twee verschillende lopende initiatieven in verschillende stadia en locaties in te zetten en de daar voorgestelde ecosystemen verder te inventariseren hopen de betrokkenen antwoord te krijgen op bovengenoemde vragen.

Dit is ook interessant

PRAKTIJKVOORBEELD
Topfit Citizenlab

Topfit Citizenlab is een meerjarig onderoeks- en innovatieproject met als doel om Twentenaren langer gelukkig en gezond te laten leven. Samen (!) met burgers onderzoeken de initiatiefnemers hoe ze hen aan kunnen zetten tot een gezondere levensstijl.

PRAKTIJKVOORBEELD
Ecosysteem-benadering voor circulaire chemische transitie
Een ecosysteem-methodologie voor het bouwen van groene en circulaire innovaties binnen de chemische industrie.
PRAKTIJKVOORBEELD
Beweging brengen in de landbouwtransitie

Opgaven in het landelijke gebied worden alleen maar groter en de verhoudingen tussen agrarische ondernemers, wet- en regelgevers en de maatschappij raken steeds meer gepolariseerd. Het moet anders en het kan ook anders. Een ontwerpende aanpak kan hieraan een belangrijke bijdrage leveren.

PRAKTIJKVOORBEELD
Van vezel naar vliering; van boer tot bouwer

Kunnen we nieuwe ketens en netwerken inrichten zodat we economische, sociale en ecologische waarden realiseren?

PRAKTIJKVOORBEELD
Wat kunnen lokale en regionale overheden doen om innovatiekracht te versterken?

Stel je voor dat je als professional betrokken bent bij een lokale of regionale overheid en je staat voor de uitdagende taak om complexe maatschappelijke uitdagingen aan te pakken. Hoe doe je dit dan precies?

PRAKTIJKVOORBEELD
Gebiedsgerichte aanpak voor toegankelijke zorg in krimpregio’s
Dit onderzoek heeft als doel aanwijzingen te krijgen voor versnelling van het transitieproces naar ‘zorg voor gezondheid’ in samenhang met de transitie van onderwijs in Eemsdelta