ONDERZOEK

Aan vertrouwen moet je bouwen

Vertrouwen is noodzakelijk om te handelen, om iets te veranderen. Maar vertrouwen gaat juist goed met het tegenovergestelde. Want hoe vaker je iets doet, hoe makkelijker het is om te vertrouwen dat het de volgende keer ook goed zal aflopen. Bij bekende patronen, bestaande kennis of ‘gewone’ plekken is vertrouwen makkelijk. Denk bijvoorbeeld aan koken in je eigen keuken met je vaste, bekende recepten en ingrediënten, het kopen van je eten in de winkel waar je altijd komt en zo ook het verbouwen van voedsel op de manier waarop men het al jaren doet. In alledaagse routines, slijten onze gewoontes vast. En dat maakt dat vertrouwen vaak de neiging heeft om verandering in de weg te zitten in plaats van te bevorderen. De uitdagende vraag – hoe je wel kan bouwen aan vertrouwen – heeft Barbara Koole in haar proefschrift onder handen genomen. In dit artikel lees je meer over wat vertrouwen is en strategieën om deze te vergroten.

Missiethema

Voedsel en landbouw

Betrokkenen

Universiteit Tilburg

Penvoerder

Barbara Koole

Aspecten

  • Draagvlak
  • Organiseren van samenwerking

"Bij bekende patronen, bestaande kennis of ‘gewone’ plekken is vertrouwen makkelijk. Denk bijvoorbeeld aan koken in je eigen keuken met je vaste, bekende recepten en ingrediënten, het kopen van je eten in de winkel waar je altijd komt en zo ook het verbouwen van voedsel op de manier waarop men het al jaren doet."

Voor transities zijn ongewone en onroutineuse samenwerkingen nodig

Zonder erbij na te denken vertrouwen we in allerlei aspecten van het voedselsysteem: dat het eten op je bord niet giftig is, dat je niet hoeft te hamsteren omdat dat er volgende week ook weer eten in de winkel ligt, en misschien ook wel dat ‘experts’ op de best mogelijke manier voedsel produceren? Op dit moment zijn er meerdere grote, complexe problemen (klimaat, stikstof, biodiversiteit) die ons dwingen om de manier waarop we eten, de manier waarop dat eten verbouwd wordt, en alle stapjes die hiermee samenhangen radicaal te veranderen.

De afstand van het land of de stal waar eten groeit, tot onze borden is gigantisch en de manier waarop dit hele systeem werkt complex. Voor het maken van goede plannen voor radicale verandering zijn veel verschillende mensen uit allerlei verschillende hoeken nodig zijn: van boeren, tot supermarkten, van onderzoekers, tot ambtenaren, en van financiers tot chefkoks. Zulk soort samenwerkingen overstijgen disciplines en sectoren. Het zijn samenwerkingen die niet gewoon, niet routineus zijn. Om ze te laten slagen wordt vaak gezegd dat vertrouwen bouwen cruciaal is. Het is een voorwaarde voor gezamenlijke actie. Maar hoe ontwikkelen we vertrouwen dat toekomstgericht is? Vertrouwen dat gezamenlijk leren bevordert in plaats van in de weg zit?

Er zijn twee manieren waarop je vertrouwen kan definiëren. Het is enerzijds iets wat in je hoofd gebeurt en anderzijds iets wat je doet op basis van gevoel. Bij acties die vragen om vertrouwen weet je de uitkomst eigenlijk niet, maar toch ga je over tot actie. Waarbij de verwachtingen over wat er gaat komen, de kwetsbaarheid die je ervaart en de onzekerheid over de uitkomst belangrijk zijn. De gebruikte definitie is daarom: ‘Positieve verwachtingen die ervaringen van kwetsbaarheid en onzekerheid opschorten’.

Het uitgangspunt van het onderzoek is dat er drie niveaus zijn waar vertrouwen een rol speelt: interpersoonlijk, interorganisationeel en systeem-niveau. Vertrouwensdynamieken spelen tegelijkertijd tussen de personen die deelnemen, tussen de organisaties of groepen die ze vertegenwoordigen, en in relatie tot het systeem dat ze tot doel hebben om te veranderen.

Vier strategieën

Koole heeft tijdens haar onderzoek verschillende professionals gevolgd die complexe samenwerkingen faciliteren. Hieruit blijkt dat facilitatoren verschillende dingen kunnen doen die grote potentie hebben voor toekomstgericht vertrouwen.

Rituelen. Het samen iets doen, en niet alleen erover praten, dit creeërt kansen voor belichaamd leren en ervaringen opdoen die vertrouwen voeden. Het loskomen uit alledaagse contexten. Rituelen kunnen ook vertrouwen kweken door de voorspelbaarheid en structuur die ze bieden. Ten slotte vormen rituelen vaak materiële ervaringen, die dingen tastbaar maken, waardoor nieuwe ideeën en perspectieven betrouwbaarder kunnen lijken. Een voorbeeld hiervan is samen koken en samen eten.

Verhalen vertellen. Verhalen kunnen radicaal andere toekomsten verbeelden en toegankelijk maken en tegelijk aansluiten bij de belevingswereld van mensen in het hier en nu. Het kan mensen inzicht bieden in elkaars innerlijke wereld. Daarnaast kunnen verhalen inspiratie bieden, en positieve verwachtingen scheppen die een belangrijk element zijn van vertrouwensopbouw. Kracht van verhalen en rituelen is bij uitstek een reden om ook kunstenaars en andere creatievelingen te betrekken bij de voedseltransitie.

Empathie. Een oprechte nieuwsgierigheid naar hoe een ander zich voelt en waar dat door komt. Dit telkens weer opnieuw ‘checken’ moet onderdeel zijn van elk proces dat structurele verandering tot doel heeft. Het maken van een diagnose van de staat van vertrouwen is een belangrijke manier om de ervaringen en behoeftes van deelnemers te begrijpen. Zulk diagnostisch werk is een terugkerende activiteit gedurende de loop van een project, door de dynamische natuur van vertrouwen en leren. Het maakt het mogelijk om andere interventies zo responsief en empathisch mogelijk te laten zijn.

Contact. Veelvuldig en gedurende het hele proces is contact nodig, denk aan bellen tussendoor en elkaar bezoeken. Deze categorie wijst op het belang van wie de facilitator is. De rol die zij in een project zichzelf toebedelen, bijvoorbeeld door zichzelf te identificeren als deel van de groep, of juist als expert, kan een cyclus van vertrouwensopbouw in gang zetten. Dit relateert ook aan het belang van reeds bestaande relaties of reputaties, en hiervan bewust zijn tijdens het werk als facilitator.

De bovengenoemde strategieën en technieken hadden in Koole’s onderzoek vaak meerdere effecten op verschillende niveaus van vertrouwen. De facilitator heeft vaak invloed op de interpersoonlijke of inter-organisationeel vertrouwensdynamiek, terwijl het vertellen van verhalen zich in het bijzonder leent voor het verbinden van het systeemniveau met het persoonlijke niveau. Deze bevinding onderstreept de complexiteit van vertrouwensdynamieken.

"Er is niet 1 recept en dit soort veranderwerk hangt aan persoonlijke stijlen en smaken. Dit zijn richtingen die lijken te kunnen helpen om toekomstgericht te vertrouwen. Om van vertrouwen een bron van verandering te maken."

Dit is ook interessant

ONDERZOEK
Diepte-investeren: nodig voor échte verandering

Deep Transition Lab (DT-Lab) onderzoekt hoe een investerings-proces kan worden ingericht op het bevorderen van transities.

ONDERZOEK
Integrale Aanpak voor Zoetwaterbeheer in de Zuidwestelijke Delta

Onderzoeksproject ‘STURDI-Water: Opslag, Verbetering, Hergebruik en Distributie van Water in regionale samenwerkingsverbanden’ gaat van start. Lees hier meer.

ONDERZOEK
Verantwoorde opschaling van data-gedreven benaderingen

Opschaling van digitale technologie is problematisch: innovaties moeten worden geïmplementeerd in specifieke organisatorische contexten, waardoor een one-size-fits-all-diffusie onmogelijk is.  Lees meer over dit NWO-onderzoek.

ONDERZOEK
Aan vertrouwen moet je bouwen

Deze uitdaging heeft Barbara Koole in haar proefschrift onder handen genomen. In dit artikel lees je meer over wat vertrouwen is en strategieën om deze te vergroten.

ONDERZOEK
Hoe maak je een operatiekamer milieuvriendelijk?

Een divers team binnen het CAREFREE onderzoeksproject is samengesteld om gedragsverandering bij alle betrokkenen te bewerkstelligen. Het primaire doel is om de operatiekamers milieuvriendelijker te maken.

ONDERZOEK
SMART4L: onderzoek over leergemeenschap en (inter)regionale samenwerking

Een onderzoeksproject over een leergemeenschap en platform om (inter)regionale samenwerking voor ICT-gedreven innovatie in de logistiek te versnellen